Spontaan raak ik op een verjaardag in gesprek met C. Ze herkent mij, ook al ben ik voor het eerst uitgenodigd. Ze weet wie ik ben en welk werk ik doe. ‘’Via Facebook’’ zegt ze, ‘’iemand in mijn netwerk is bevriend met jou.’’ Vijf jaar geleden heeft ze haar zoon verloren bij een auto-ongeval. ‘’Overmorgen’’, vertelt ze, ‘’is zijn verjaardag. Een dag die we tot vorig nog hebben gevierd met onze kinderen en zijn vrienden. Mét taart en natuurlijk een biertje van zijn favoriete merk. Maar dit jaar wil ik het anders….’’ Ze valt stil. Kijkt om zich heen. Aan haar gezicht zie ik dat ze wat in de war is. Hoe zou het voor haar zijn juist dit aan mij te vertellen terwijl we op een verjaardag zijn? Als ze verder vertelt, merk ik dat haar stem zachter is. Vol liefde ook. ‘’Ik wil dit jaar niet meer stil staan bij zijn verjaardag’’ zegt ze. ‘’B. verjaart immers niet meer. Hij blijft voor altijd 19.’’ Opnieuw kijkt ze rond. Iedereen is gezellig aan de praat. Er klinkt een schaterlach. De voordeur bel gaat. De dochter des huizes rent al naar de voordeur om open te doen. C. kijkt me weer aan. Slaakt een diepe zucht. Met een kleine lach op haar mond vertelt ze verder. ‘’Het voelt raar en gek dat hij eigenlijk steeds jonger wordt. Ons leven gaat verder, elk jaar dat we zijn verjaardag vierden was hij een jaar langer niet meer bij ons. Daarom wil ik dit jaar niet meer zijn verjaardag vieren. Er valt niks meer te vieren, want B. wordt nooit meer ouder dan de 19 jaar die hij geworden is. Ik wil zijn geboortedag vieren. Vieren dat B. 19 jaar bij ons is geweest. Herinneringen ophalen. Over het moment dat hij geboren werd, een gezonde baby van bijna 7 pond. Hij was onze eerstgeborene. De eerste stapjes die hij zette op vakantie in Frankrijk. En de vele stappen die hij daarna op zijn levensweg heeft gezet. Sinds ik heb besloten dat we niet meer zijn verjaardag vieren maar zijn geboortedag voelt het voor mij weer oké. Zie ik er niet meer tegen op. Doen de vele fijne herinneringen minder pijn. En misschien heel gek, maar zie ik er naar uit dat overmorgen weer iedereen bij ons thuis komt!’’ Net op dat moment komt de schaal met hapjes voorbij. Ze neemt er een hapje af, kijkt me aan, geeft de schaal aan mij door en zegt: ‘’En nu ik het aan jou verteld heb weet ik ook wat ik overmorgen aan iedereen ga vertellen. Het is maar zo’n klein verschil, maar voor mij zo belangrijk. Ik zal iedereen vertellen dat we zijn geboortedag vieren. En de taart…. de taart krijgt blauwe muisjes!’’ Ze stopt het borrelhapje in haar mond. Ik ben ongelofelijk trots op deze vrouw die ik niet eens ken. Dat ze naar haar hart geluisterd heeft en gezocht heeft naar een oplossing die wél goed voelt. In gedachten wens ik haar overmorgen veel plezier en geef de schaal met hapjes door aan mijn buurvrouw.