Ik kom je overal tegen,
In het lied dat speelt op de radio,
Het deuntje brengt me terug naar toen,
Naar wat we samen zo mooi beleefden.
Je bent in de geur van versgebakken brood,
Die de keuken vult met herinnering,
Aan de zondagen samen, rustig en kalm,
De tafel vol met liefde door jou versierd.
In de houding van de fietser die passeert,
Zie ik jouw manier van bewegen,
Alsof je daar nog altijd rijdt,
Je aanwezigheid zo vertrouwd en dichtbij.
Ik vind je waar we altijd vakantie vierden,
De horizon, de lucht, de geur van de zee,
Alles roept jouw naam,
En ik reis weer met je mee.
Je bent in het eten dat je zo lekker vond,
Elke hap brengt je dichterbij,
Ik proef jouw liefde, je smaak,
En je bent weer heel even hier, bij mij.
Het spelletje dat we altijd speelden,
Je lach, je blik, het plezier in je ogen,
Elke keer dat ik de dobbelsteen rol,
Zie ik jou bezig, vol geluk en dromen.
En zo blijf ik je tegenkomen,
In alles om me heen, elke dag,
Je liefde voel ik, steeds weer,
In mijn tranen en in mijn hart.
Ik hoor je fluisteren,
Ik zie je overal,
En ik heb zo’n gevoel,
Dat dit altijd blijven zal.
(Bron: 100 spreuken die je leven verrijken – Mark Verhees)